De Wet werk en zekerheid (Wwz) bracht de ketenregeling vanaf 1 juli 2015 terug van een periode van 3 jaar naar 2 jaar. De achterliggende gedachte was dat werknemers daardoor sneller een vast contract zouden krijgen.
De wetgever stelt nu dat de huidige termijn van 2 jaar voor werkgevers en werknemers als knellend wordt ervaren. De verruiming van de ketenregeling moet nu voorkomen dat een werknemer onnodig zijn baan verliest omdat de werkgever geen vast contract wil aangaan. Dit maakt dat we per 1 januari 2020 teruggaan naar een termijn van 3 jaar.
De aanpassing leidt tot een langere flexibiliteit voor werkgevers: het ontstaan van een vast contract wordt met 1 jaar ‘uitgesteld’. Daar staat tegenover dat de 7*8*8 regel niet meer helpt om de transitievergoeding te ‘omzeilen’. De transitievergoeding is namelijk vanaf dag 1 van toepassing op tijdelijke contracten.
Regels per 1 januari 2020
Een vast contract geldt bij een 4e opvolgend contract en/of als elkaar opvolgende contracten gezamenlijk een periode van 3 jaar overschrijden.
De nieuwe regels voor de ketenregeling gaan in op 1 januari 2020 en hebben onmiddellijke werking. Dit betekent dat op een arbeidsovereenkomst die eindigt op of na 1 januari 2020 een ketenbepaling van 3 jaar van toepassing is, ook als de arbeidsovereenkomst is aangegaan voor 1 januari 2020.
Doorbreking keten
Om de keten van bepaalde tijd contracten te doorbreken, is tenminste een tussenpoos nodig van 6 maanden en een dag. Voor sommige functies, zoals de seizoenkracht in de horeca, wordt bij cao een verkorte tussenpoos van 3 maanden mogelijk gemaakt. Uitgangspunt hierbij is dat de functie maximaal 9 maanden per jaar kan worden uitgevoerd.
Voorbeelden
Voorbeeld 1:
Contract 1: 1 april 2018 t/m 30 september 2018 (6 maanden)
Contract 2: 1 oktober 2018 t/m 30 september 2019 (1 jaar)
Contract 3: 1 oktober 2019 t/m 30 september 2020 (1 jaar)
Op 1 april 2020 zal deze keten de 2 jaarstermijn overschrijden. Dit moment ligt na 1 januari 2020 waardoor het nieuwe recht op deze keten van toepassing is. Contract 3 eindigt van rechtswege op 30 september 2020.
Voorbeeld 2:
Contract 1: 1 oktober 2017 t/m 30 september 2018 (1 jaar)
Contract 2: 1 oktober 2018 t/m 30 september 2019 (1 jaar)
Contract 3: 1 oktober 2019 onbepaalde tijd
Anders dan in voorbeeld 1 overschrijdt dit contract al op 1 oktober 2019 de 2 jaarstermijn. Deze datum ligt nog voor 1 januari 2020, waarvoor hierop nog het huidige recht van toepassing is. Dit betekent dat op 1 oktober 2019 een contract voor onbepaalde tijd is ontstaan.






